In gesprek gaan met indieners handhavingsverzoeken
De Friese Statenfracties van ChristenUnie en CDA vragen aan de gedeputeerde om in gesprek te gaan met de indieners van handhavingsverzoeken voor de zogenaamde PAS-melders. Dit om te voorkomen dat de betreffende bedrijven onnodig in de knel komen.
Door de organisaties Vereniging Leefmilieu en Mobilisation for the Environment (MOB) zijn vijftig handhavingsverzoeken ingediend bij de provincie om te gaan handhaven bij zogenaamde PAS-melders. Dat zijn bedrijven die voor hun activiteiten geen vergunning hoefden aan te vragen, maar konden volstaan met het doen van een (PAS-)melding. Door een uitspraak van de Raad van State in 2019 is de PAS echter vervallen, waardoor deze bedrijven alsnog een vergunning nodig hebben. En die vergunningen kunnen niet op korte termijn worden verstrekt, omdat er eerst voldoende stikstofruimte moet worden vrijgemaakt. De Tweede Kamer heeft besloten dat de PAS-melders binnen drie jaar een vergunning moeten krijgen.
De fracties van de ChristenUnie en CDA vinden dat de bedrijven waartegen om handhaving is verzocht, niet onnodig moeten worden geconfronteerd met eventuele negatieve gevolgen van handhaving. Deze bedrijven hebben te goeder trouw gehandeld en moeten niet in een situatie komen waarin zij onnodig worden benadeeld door de uitspraak van de Raad van State. Statenlid Wiebo de Vries betreurt de gang van zaken. Hij hoopt dat door in gesprek te gaan met de indieners er een oplossing komt. “Hoe het stikstofprobleem in Fryslân opgelost wordt, weten we nog niet precies. Het is onterecht om bij deze bedrijven te gaan handhaven omdat we daarmee niet verder komen met de brede aanpak stikstof”.
De provincie Fryslân wil per gebied bekijken welke maatregelen nodig zijn om de stikstofproblematiek zo goed mogelijk op te lossen. Daarbij past de Friese aanpak, zoveel mogelijk van onderop en samen. “De handhavingsverzoeken passen niet bij deze gebiedsgerichte aanpak en schaden het proces daarmee op voorhand.”