Bij windmolens gaat het steeds meer over draagvlak en spreiding
woensdag 15 mei 2013 17:34 Het gesprek over windmolens gaat in Fryslân steeds meer over spreiding en draagvlak. Bijna niemand lijkt nog te geloven in de haalbaarheid van drie grote clusters om aan de Friese opdracht voor het opwekken van 525 megawatt te voldoen. Henk Vellinga van de doarpsmûne in Reduzum zeker niet. "Die komen er niet". Maar hij heeft wel een oplossing: "Clusteren, maar ook ruimte geven aan dorpsmolens", is zijn dringende advies. Inmiddels heeft hij zeker 50 dorps- en wijkverenigingen achter zich gekregen die ook wel een dorpswindmolen willen oprichten. De Statenfractie van de ChristenUnie sprak woensdag 15 mei met Vellinga in de Blauwe Tent in Reduzum.
De windmolen in Reduzum heeft het dorp geen windeieren gelegd. In 1994 werd de molen met een hoogte van nog geen 40 meter in gebruik genomen en sindsdien draait hij een substantieel deel van de energiebehoefte van het dorp bijeen. Inmiddels zijn de stichtingkosten ruimschoots terug verdiend en kan de opbrengst geinvesteerd worden in 'leuke dingen' voor het dorp. Zo liggen er opvallend veel zonnepanelen op de daken, ondermeer op het dak van de basisschool. Het dorp zou graag willen investeren in een nieuwe molen die iets groter en vooral efficiënter is. "Daarmee zouden we in onze energiebehoefte kunnen voorzien", meent Vellnga.
Vellinga heeft met een brief aan dorp- en wijkgemeenschappen gepeild of er meer belangstelling bestaat voor dorpsmolens. Het aantal reacties heeft hem verrast. "Dat zou Fryslân moeten inzetten. Dorpsmolens hebben draagvlak, in tegenstelling tot de drie clusters".
De Statenfractie van de ChristenUnie heeft steeds aangedrongen op het creëren van draagvlak voor windenergie. "Dat hebben we in het verleden ook steeds gedaan. Dat draagvlak kan worden versterkt door participatie in een dorpsmolen. Dan deelt de bevolking in de lusten én lasten", meent woordvoerder Ynze de Boer.
Voor het hele verhaal achter de dorpsmolen van Reduzum klik hier
