Aanpak criminele ondermijning in de provincie
We zien in de afgelopen periode dat ons politieke werk vrucht begint af te werpen. Afgelopen maanden hebben we bij verschillende besprekingen van Provinciale Staten van beleidsnota’s voorstellen ingediend die aandacht vroegen voor de aanpak van ondermijnende criminele activiteiten in onze provincie. Moties en amendementen van de ChristenUnie die vaak unaniem zijn aangenomen en die de nodige media aandacht hebben gehaald. We zien nu ook dat het provinciebestuur dit signaal oppakt en hiermee voortvarend aan de slag gaat.
Wat is criminele ondermijning ook alweer? En welke rol speelt het in onze provincie?
Criminele ondermijning is het fenomeen waarbij criminele activiteiten steeds meer doorsijpelen in de maatschappij. Het belangrijkste voorbeeld hiervan wat we de afgelopen jaren in Fryslân zien, is de opkomst van drugscriminaliteit. Drugssmokkel en -handel verplaatst zich van de grote zeehavens -die steeds beter worden beveiligd- naar kleinere havens, zo ook bijvoorbeeld naar Harlingen. Daarnaast zijn er talloze incidenten een aanwijzingen te zien van groeiende criminele ondermijning in onze provincie, denk aan:
- Boeren die benadert worden voor opslag van illegale goederen in agrarisch vastgoed.
- De opkomst van zogenaamde ‘soevereinen’ in Fryslân.
- Aanwijzingen voor mensensmokkel vanaf de IJsselmeerkust naar Engeland (illegale migratiestromen).
- Diverse smokkelpraktijken, bijvoorbeeld havens, niet uitsluitend drugs, maar ook andere illegale goederen.
En zo is er meer te noemen, het is een greep uit het beeld wat we steeds meer zien ontstaan. Het lastige aan dit verhaal is: het gaat om incidenten en vermoedens en de precieze informatie en omvang is onduidelijk. Criminaliteit gedijt bij onzichtbaarheid. Hierom hebben we ook al meermaals opgeroepen om de informatievoorziening op dit vlak te verbeteren.
Welke nieuwe acties zien we nu vanuit de provincie?
Bij de beleidsbrief economie, beleidsbrief landbouw en de havenvisie hebben we hiervoor als ChristenUnie aandacht gevraagd. Hierbij zijn bij alle beleidstukken, met een overgrote meerderheid, voorstellen aangenomen waarbij we het provinciebestuur hebben opgeroepen hiermee aan de slag te gaan.
Als reactie hierop is het college van Gedeputeerde Staten gekomen met een officiële brief (zie bijlage) waarin het op een rijtje zet welke inzet er is om criminele ondermijning aan te pakken in onze provincie. We zijn blij om te zien hoe onze inzet zich heeft vertaald in een aantal concrete acties vanuit het provinciebestuur. Het gaat hier concreet om intensievere samenwerking met gemeenten, kenniscentrum RIEC Noord-Nederland, meer inzet op (anti-ondermijnende) wet Bibob en aanhoudende investeringen op bewustwording en weerbaarheid van onze burgers tegen criminele ondermijning.
De provincie heeft als overheidslaag niet in eerste instantie de verantwoordelijkheid criminelen aan te pakken. Tegelijkertijd is de oproep van ons, waarbij de provincie haar rol als facilitator en coördinator moet pakken, luid en duidelijk gehoord. Met resultaat. In de toekomst zullen we hier scherp op blijven. Bijvoorbeeld op het gebied van de informatievoorziening – lees: wat is de aard, schaal en omvang van criminele ondermijnende activiteiten in onze provincie – richting gemeenten, zien wij kansen in de toekomst.
